dinsdag 20 maart 2012

Bij 68% van de bedrijven wereldwijd stopt bij samenwerking de veiligheid en naleving van regels bij de firewall


Werknemers beschikken over onvoldoende toegang tot effectieve middelen om samen te werken met klanten en partners


Amsterdam, 20 maart 2012 — Uit recent onderzoek blijkt dat voor de uitwisseling van bedrijfsgevoelige informatie met zakenpartners en klanten buiten de firewall nog altijd gebruik wordt gemaakt van email en tools die eigenlijk voor consumenten zijn ontwikkeld. Het onderzoek is uitgevoerd onder meer dan 1000 IT beslissers uit zeven verschillende landen door Harris Interactive in opdracht en onder toeziend oog van IntraLinks.

Uit het onderzoek blijkt dat e-mail bij maar liefst 68 procent van alle wereldwijde bedrijven nog altijd de belangrijkste methode is voor het uitwisselen van grote bestanden en gevoelige informatie. Verder geven de resultaten aan dat de respondenten zich sterk bewust zijn van de problemen op het gebied van beveiliging en regelnaleving die gepaard gaan met het gebruik van email, FTP-sites en andere middelen voor bestandsuitwisseling die bedoeld zijn voor consumenten. 69 procent noemde infecties met malware als het grootste risico, gevolgd door gegevensdiefstal (63 procent). Dit suggereert dat ondernemingen hun werknemers nog altijd geen gestandaardiseerde en veilige tools aanbieden voor de uitwisseling van bestanden en gegevens met klanten en partners buiten de firewall.

Dat dit zakelijk problemen oplevert, blijkt uit het feit dat een groot aantal van de respondenten (46 procent) aangeeft dat de uitwisseling van bedrijfskritische gegevens met partners, leveranciers en consultants een belangrijk deel uitmaakt van hun functie. Bovendien zorgen de toenemende regelgeving en juridische vraagstukken voor problemen op het gebied van compliance. 55 procent van de ondervraagden geeft aan rekening te moeten houden met verschillende overheidsrichtlijnen op ICT-gebied, terwijl 50 procent aangeeft aan een brede reeks van brancherichtlijnen te moeten voldoen.

“Zakelijk succes is altijd afhankelijk geweest van een effectieve samenwerking. Momenteel is er echter sprake van een kentering in de manier waarop bedrijven met elkaar samenwerken”, aldus Fahim Siddiqui, Chief Product Officer bij IntraLinks. “Moderne ondernemingen beschikken over een breed netwerk van relaties met zakelijke partners en klanten. Binnen dit netwerk vindt een breed scala aan interacties plaats, van simpele ad hoc communicatie tot intensieve interacties op basis van workflows, gegevensuitwisseling en samenwerkingsverbanden. Zonder de juiste controlemechanismen komen de beveiliging en regelnaleving al snel in het geding, en de ICT-afdeling is uiteindelijk verantwoordelijk voor dit alles. Ondernemingen moeten onderzoeken hoe ze met behulp van cloud computing en een gestandaardiseerde samenwerkingsoplossing controle kunnen uitoefenen op de uitwisseling van gevoelige informatie binnen en buiten de firewall.”

De bovenstaande gegevens zijn afkomstig van een wereldwijde enquête onder meer dan 1.000 ICT-besluitvormers in zeven landen — Australië, Brazilië, Duitsland, Frankrijk, Japan, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De online enquête werd uitgevoerd door Harris Interactive in de periode van 26 januari tot en met 13 februari 2012. De belangrijkste bevindingen en het volledige rapport zijn op aanvraag verkrijgbaar.

Over de enquête

Het IT Decision Maker onderzoek werd in opdracht van IntraLinks uitgevoerd door Harris Interactive in de periode van 26 januari tot en met 13 februari 2012. De enquête werd uitgevoerd in zeven landen: Australië, Brazilië, Duitsland, Frankrijk, Japan, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De respondenten waren werkende (fulltime, parttime of ZZP) volwassenen met een leeftijd van 18 jaar of ouder die naar eigen zeggen verantwoordelijk waren voor de ICT-besluitvorming binnen hun organisatie. De enquêtegegevens zijn ongewogen en vertegenwoordigen daarom alleen de ondervraagde steekproef.

De resultaten van onderzoeken en polls, of deze al dan niet gebruikmaken van aselecte steekproeven, kunnen zijn gebaseerd op uiteenlopende fouten, die in de meeste gevallen niet kunnen worden gekwantificeerd of ingeschat. Voorbeelden zijn onder meer systematische vertekening bij steekproeven, dekkingsfouten, fouten als gevolg van respondenten die niet reageren, fouten in de vraagstelling of antwoordmogelijkheden en fouten tijdens de weging of bijstelling na de enquête. Harris Interactive vermijdt dan ook het gebruik van de term “foutmarge”, omdat deze misleidend kan zijn. Het enige dat berekend kan worden, zijn verschillende mogelijke steekproeffouten voor pure, ongewogen willekeurige steekproeven met een responspercentage van 100 procent. Dergelijke steekproeven hebben slechts een theoretisch karakter, aangezien geen enkele gepubliceerde enquête of peiling dit ideaal benadert.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten